De boeken van maart 2019

Céline Santini, Kintsugi – De schoonheid van emotionele scherven

Kintsugi (Céline Santini)

Kintsugi is een kunstvorm, waarbij een gebroken object hersteld wordt door de breuklijnen te verlijmen en met goud te bekleden. Je verstopt de schade dus niet, maar gebruikt ze net als manier om iets mooier te maken. Dat idee kan je natuurlijk doortrekken van materiële objecten naar persoonlijke “breuken” en dat is wat Santini in dit boek doet.

Soms is het verdriet zo intens dat elke herinnering pijnlijk is. Dan proberen we weg te kijken, de pijn te mijden, alsof die verdwijnt wanneer we hem ontkennen. Gauw verbergen we de scherven, we stoppen ze diep weg en moffelen ze onder een beschermingslaagje. Of we maken het verdriet onherkenbaar, strijken het glad, zetten een masker op, glimlachen en doen alsof er niets aan de hand is.

Ze deelt het boek op in de verschillende fases die bij zo’n proces horen – breken, samenvoegen, geduld oefenen, repareren, onthullen en sublimeren – en gaat daarbij zowel in op het puur praktische als op het emotionele, aangevuld met legendes of andere verhalen.

Alle onderzoeken in de positieve psychologie tonen het aan: hoe bewuster we geluksgevoelens ervaren in het dagelijkse leven, hoe gelukkiger we zijn in het algemeen.

Het boek was soms net iets te zweverig voor mijn doen, maar geeft wel een interessante beschrijving van het concept van kintsugi en hoe je dat verder kan trekken naar je persoonlijke leven. De oefeningen komen door hun lay-out en de aanzetten om “nu” te starten een beetje schools over, maar er zitten er wel degelijk een paar tussen die de moeite van het maken waard zijn.

Iets om even goed bij stil te staan: we zijn gauw geneigd onze kwaliteiten laag in te schatten – niet uit bescheidenheid maar uit onwetendheid, want wat ons gemakkelijk afgaat lijkt doodnormaal.

Arthur Japin, De overgave

De overgave (Arthur Japin)

Het is niks en het is alles. Meer stelt geluk nu eenmaal niet voor. Ik heb het gekend, daar gaat het om. Gek dat het op het geheugen zo veel minder indruk maakt dan ellende.

Eind vorig jaar las ik met Een schitterend gebrek mijn eerste Japin en die beviel mij zodanig dat ik deze maand al een tweede boek van hem las. De sterke elementen van toen zijn ook nu weer aanwezig: mooie zinnen, een fijn uitgewerkte historische achtergrond en een verhaal dat een mens al eens doet nadenken.

Zo komt elke angst in de wereld, zomaar, omdat iemand op een dag besluit te geloven dat er een gevaar bestaat.

Het verhaal gaat over het waargebeurde Fort Parker massacre, een overval van Comanche-indianen op het fort van de pioniersfamilie Parker. Granny, de moeder van het gezin, is een van de weinigen die de overval overleeft. Een deel van haar kinderen en kleinkinderen wordt ontvoerd, waardoor ze een leven lang wrok blijft koesteren. Desondanks ontmoet ze, bijna op het einde van haar leven, de aanvoerder van de Comanche, die op weg is zijn volk een reservaat in te leiden, het einde van de vrijheid van de oospronkelijke bewoners van Amerika.

Maar bepaalde momenten krijg je niet weg. Die blijven altijd helder. Ik zou ze kunnen navertellen zonder ook maar een kleinigheid te vergeten. Juist die kleine dingen, daar hou je je aan vast. Er kan nu eenmaal in een leven iets gebeuren wat te groot is om het in zijn geheel te bevatten.

Het verhaal wordt volledig vanuit het standpunt van Granny en dat maakte dat ik een paar keer worstelde met mijn gevoelens tegenover de personages. Geen haar op mijn hoofd dat er aan twijfelt dat wat haar overkomen is vreselijk is, maar tegelijk kreeg ik regelmatig de kriebels van haar kolonialistische houding (telkens dat “mijn land”, terwijl het het land van de indianen is). Ook de manier waarop ze omgaat met de teruggebrachte ontvoerden, is absoluut te begrijpen en tegelijk soms zo kortzichtig.

Ze moest niet worden zoals ik, maar zoals ik had willen zijn.

Een mooi verhaal, over pijn, gemis en vergeving.

Iets dergelijks heb ik met sommige gevoelens. Ik weet dat ze bestaan omdat ik er ergens een afschemering van heb gezien. Ik kan me er zelfs nog wel een voorstelling van maken, maar ik kan er niet bij. Zo weet ik best dat er zoiets is als vergeving, maar vraag me niet wat voor kleur het zou hebben en of het vrolijk glanst. Te vaag blijft het en te ver. Er zijn mensen die op het idee komen het anderen te schenken. Die brengen dat op. Ze kunnen zich overgeven. Ze berusten in alles wat hun is aangedaan en leven door.

Hadewijch Ceulemans, Belgium’s Best Buildings

Belgium's Best Buildings (Hadewijch Ceulemans)

Hadewijch Ceulemans geeft in deze compacte gids een overzicht van de 75 “beste” Belgische gebouwen sinds 1900. Dat zorgt meteen voor mijn grootste punt van kritiek: de coverfoto doet wel vermoeden dat het om moderne architectuur gaat, maar persoonlijk had ik die tijdsgrens – die maakt dat dit toch wel een zeer specifieke “best of” is (en daar is op zich natuurlijk niets mis mee) – in de titel, of in een ondertitel, opgenomen.

Ze baseert haar selectie op de top 10-lijstjes van een aantal bekende Belgische architecten en dat leidt tot een zeer gevarieerde opsomming: van bekende gebouwen als het MAS of het Fort Napoleon tot een klein kapelletje hier of een eigen architectenwoning daar.

Voor mij hadden de beschrijvingen nog uitgebreider en de hoeveelheid foto’s per gebouw omvangrijker gemogen, maar het is en blijft natuurlijk een eerste introductie en korte gids en geen alomvattend overzichtswerk van de twintigste eeuwse architectuur in België. Hoe dan ook gaf het zin om bij een volgend bezoek aan België op uitstap te gaan 🙂.

Cal Newport, Digital minimalism

Digital minimalism (Cal Newport)

Because digital minimalists spend so much less time connected than their peers, it’s easy to think of their lifestyle as extreme, but the minimalists would argue that this perception is backward: what’s extreme is how much time everyone else spends staring at their screens.

Eind vorig jaar las ik het fascinerende Diep werk van dezelfde auteur, dus toen ik zag dat Newport een nieuw boek uit had, dat specifiek ingaat op de omgang met technologie, lag het snel in mijn e-winkelmandje 🙂. Newport wijst technologie niet volledig af en erkent dat het voor de meeste mensen niet realistisch is volledig zonder digitale tools te leven, maar schetst wel een duidelijk beeld van hoe je er beter mee kan omgaan.

Addiction is a condition in which a person engages in use of a substance or in a behavior for which the rewarding effects provide a compelling incentive to repeatedly pursue the behavior despite detrimental consequences.

Newport toont duidelijk aan hoe veel digitale tools (zoals Facebook, Instagram…) opgebouwd zijn als een soort “gokmachines” die verslaving in de hand werken (door in te spelen op onze drang naar sociale goedkeuring) en ten koste gaan van rust en productiviteit.

Digital minimalists see new technologies as tools to be used to support things they deeply value – not as sources of value themselves. They don’t accept the idea that offering some small benefit is justification for allowing an attention-gobbling service into their lives, and are instead interested in applying new technology in highly selective and intentional ways that yield big wins. Just as important: they’re comfortable missing out on everything else.

Hij snijdt een aantal interessante thema’s aan, zoals het maken van een kosten-baten-analyse wanneer je een nieuwe tool overweegt te implementeren, het concept van solitude deprivation ofte het gebrek aan tijd alleen (en dan niet enkel fysiek alleen, maar weg van elke mogelijke input), het verschil tussen online en offline communicatie…

The small boosts you receive from posting on a friend’s wall or liking their latest Instagram photo can’t come close to compensating for the large loss experienced by no longer spending real-world time with that same friend.

Al bij al opnieuw een zeer interessant boek, dat mij bevestigde in bepaalde keuzes, maar ook deed beseffen dat er op andere gebieden nog véél werk aan de winkel is om minder geconnecteerd te zijn. Zo kan ik op mijn smartphone wel een digitale minimalist genoemd worden (ik heb vijf apps en onderweg geen internetverbinding), maar ben ik dat op mijn laptop verre van. Daarom voerde ik ondertussen een paar aanpassingen door: ik volg minder mensen op de social media die ik gebruik, installeerde een app die ik vroeger al gebruikte om de tijd die ik online doorbreng te beperken (maar vergat te herinstalleren toen mijn computer na problemen vervangen werd), voegde een andere toe die mijn hoeveelheid tabbladen beperkt… Ik ben er nog niet, maar elk stapje vooruit is goed 🙂.

Margareta Magnusson, Opruimen voor je doodgaat

Opruimen voor je doodgaat (Margareta Magnusson)

Dit boek lag al een hele tijd in de kast en misschien had ik het sneller moeten lezen om er meer aan te hebben. Margareta Magnusson is een oudere, nuchtere versie van Marie Kondo: geen bedankceremonies voor spullen die je afdankt, wel opruimen om te vermijden dat je nabestaanden het in jouw plaats moeten doen. Dat hoef je ook niet pas te doen wanneer je je eigen dood nadert, maar kan je gedurende je leven al helpen om te reflecteren over wat belangrijk is voor jou, wat je achter wilt laten. Een mooie insteek, dat wel, maar echt veel nieuws heb ik er voor de rest niet uitgehaald.

Je hoopt altijd dat iemand iets uit je huis wil hebben, maar je kunt niet voor eeuwig wachten en soms moet je dierbare dingen gewoon weggeven en hopen dat ze bij iemand terechtkomen voor wie ze een bron van nieuwe herinneringen worden.

Het boek voelt vooral aan als het gebabbel van een oudere vrouw: een paar grappige anekdotes, een paar (te) nostalgische verhalen over het verleden. Een leuk tussendoortje voor wie wilt opruimen, maar weinig vernieuwend voor wie al over het thema las.

Anne-Marie Nageleisen,Je eigen groentetuin op 1m2

Je eigen groentetuin op 1m2 (Anne-Marie Nageleisen)

Dit boek kregen we ooit cadeau toen we enkel een balkon hadden en dus overwogen één vierkante meterbak als moestuin te gebruiken. Uiteindelijk hebben we nu een grote moestuin en dus wilde ik dit boek even snel bekijken om te zien of er nog interessante tips in stonden. Het bleek uiteindelijk ook voor een grotere tuin toepasbaar en eigenlijk zelfs bijna meer daarvoor dan voor wie maar plaats heeft voor één bak. De auteur legt immers enorm de nadruk op véél bakken (toch minstens twee) en dat vond ik ook het grootste minpunt van dit boek: net wie met een bak wil werken, heeft volgens mij vaak maar plaats voor eentje.

Ook al kan je in een grotere moestuin dus zeker ook met bakken werken, toch overtuigde dit boek mij niet om onze tuin met bakken in te richten. Daarvoor vind ik het “gewone” wisselteeltsysteem toch een pak makkelijker toepasbaar / begrijpbaar dan binnen verschillende bakken op elk vak aan wisselteelt te doen. Het boek mag dus weg, maar dat neemt niet weg dat ik er toch wel een paar handige tips uit overschreef.

Bron afbeeldingen: Goodreads

8 reacties

  1. Het boek over digitaal minimalisme ligt hier ook klaar; ik vond het heel toevallig in de bib bij de nieuwe aanwinsten. Benieuwd naar!

    • Ja, dat snap ik, hij schrijft echt heel mooi. ’t Zal bij mij ook niet bij de twee boeken blijven die ik tot nu toe las 🙂

  2. Knap dat je in combinatie met het sporten en je studie toch nog zoveel boeken hebt kunnen lezen. Bij mij hielp in april zowel de OWL’s Readathon als het vele ziek zijn om wat meer te lezen. Ok, me er op concentreren was soms een uitdaging dankzij de koorts maar ik ben momenteel in nummer 12 bezig. Ik zeg er wel alvast even bij dat er drie dunne exemplaren bijzitten. Een gedichtenbundel, een strip en een boek met prachtig uitgesneden prenten én een minimum aan tekst. Ik vind het wel tof dat het er naar uitziet dat ik alle prompts gelezen ga hebben. Hopelijk gaat het even goed wanneer er later dit jaar NEWTS genorganiseerd worden. 🙂

    • Seg, is die koorts ondertussen eindelijk voorbij? Dat is toch echt niet normaal, hoe lang dat bij jou duurt! Al goed dat het je dan op zijn minst veel leestijd gegeven heeft…
      En: proficiat met het behalen van je Librarian wizard diploma 😉

      • Ik heb momenteel enkel nog ’s avonds koorts maar dat heb ik eigenlijk al jarenlang. Blijkbaar hangt dat samen met de chronische pijnklachten omdat die je lichaam teveel belasten. Ik ben ondertussen wel terug naar de huisarts kunnen gaan. Dit keer geen keel-of oorontsteking maar nog wat gevolgen van die twee antibiotica-kuren. Een vervelende infectie en een slokdarm die is aangetast door het maagzuur. Tja, dan blijf je natuurlijk wel keelpijn hebben. Maar ik ben net opnieuw naar de apotheker geweest dus ik hoop dat ook die twee zaken binnenkort zo snel mogelijk zullen genezen. Misschien had ik beter voor healer kunnen studeren in plaats van librarian. 🙂