Week 2015/35 in woord en beeld
Maandag kreeg ik een bericht dat een plekje verdient in de categorie berichten-die-nooit-verwijderd-mogen-worden. Mijn broer slaagde namelijk voor zijn examen klimatologie en behaalde daarmee meteen ook zijn bachelordiploma geografie. Hoeraatjes en applaus, denk ik dan!
Universiteiten, Belgische en Zwitserse, bleken trouwens de hoofdrol op te eisen deze week, want ik kreeg mijn studentenkaart binnen. En daarmee ook plots het besef dat ik weer ga studeren. Niet dat ik dat niet wist natuurlijk, maar die kaart maakte het plots heel concreet 🙂
Nog concreter werd het op donderdag, toen we – drie weken voor het officiële begin van het semester – voor het eerst op de ETH verwacht werden voor een inleidingsdag. Waar ik op voorhand dacht een pure inleiding te krijgen op het thema van dit semester, werd het al meteen een pak serieuzer: tegen de eerste echte les half september moeten we immers al vijf teksten lezen (“ze zijn niet lang, maar jullie gaan ze misschien wel 2-3x moeten lezen om ze echt te begrijpen”) én in groep een van die teksten presenteren! Ik ging dus terug naar huis met een combinatie van “ooooh, dit gaat zo’n leuk en interessant thema worden” en “aaaaaargh, wanneer ga ik dat allemaal gedaan krijgen”.
Niet dat ik veel tijd had om daarover na te denken, want ik had met Johan afgesproken in het openluchtzwembad. Lang leve sporten om een druk hoofd weer leeg te maken: na een kilometer schoolslag was die aaaaaargh al maar een klein aargh-tje meer 🙂 We besloten er ook te eten, wat mij meteen de mogelijkheid gaf om de gigantische schande dat ik nog nooit Rivella dronk uit te wissen. Die trouwens niet eens zo schandalig bleek, want volgens Johan heb ik het vorig jaar al eens gedronken. Al is het feit dat ik mij dat niet meer herinnerde én dat ook deze proeverij mij niet echt overtuigde, waarschijnlijk nog veel erger. Sorry LJ 😉
Ik ging deze week ook langs in de bib: op weg ernaartoe kom ik altijd langs de brug der geliefden, wat mij in een bui van Zürichliefde bracht (enkel de foto voor de duidelijkheid; het slotje hing er al). Bij zo’n bruggen vraag ik mij trouwens altijd af of er nog grote steden bestaan die nog geen brug vol slotjes hebben, maar vooral ook of bouwkundig ingenieurs tegenwoordig een extra last in hun berekeningen moeten inbrengen voor al die mogelijke kilo’s aan slotjes (de Ponts des Arts in Parijs zal toch wel niet de enige zijn die langzaam onder het gewicht bezwijkt)?
In de bib zelf liet ik mij een beetje gaan: de graphic novels Habibi en The sculptor bleken namelijk allebei dikke kloefers te zijn. Tel daarbij nog de tweedelige L’histoire de la Suisse pour les nuls en een kanjer van een boek over de Zwitserse wetgeving rond monumentenzorg (klinkt keispannnend, toch 😉 ) en ik had voldoende bij om mijzelf een verschot in de rug te bezorgen. Wat vervolgens ook gebeurde… ’t Zal uiteraard niet (enkel) aan die boeken gelegen hebben, want ik had al een paar dagen last van mijn rug, maar zo plots geen stap meer kunnen verzetten zonder op mijn tanden te moeten bijten van de pijn, dat was toch ook niet meteen wat ik mij bij een bibliotheekuitstapje had voorgesteld. Een paar massages-met-Voltaren lieten de pijn gelukkig na twee dagen weer verdwijnen.
Net op tijd, want op vrijdag stond een van mijn leukste werkdagen tot nu toe gepland: een ganse dag inventariscontrole in een dorpje in het kanton Schaffhausen. Ik nam jullie eergisteren al mee op onderzoek; waar ik het toen echter niet over had, maar ook opvallend was: het aantal mensen dat ons aansprak om te vragen wat we aan het doen waren. Bij de meesten gebeurde dat heel vriendelijk, maar er was er ook eentje die langzaam met zijn auto passeerde, op het einde van de straat draaide en terug tot bij ons kwam en *insert kwade toon* “wilde weten wat wij daar nu eigenlijk al uuuuren aan het doen waren” (kwestie dat hij zich vooral niet verdacht aan het gedragen was natuurlijk…). Pas op, ik snap die mensen wel, als ik een groepje voor mijn huis zou zien staan die de oprit komen opgestapt om de deuren in detail te bekijken (ah ja, sloten, dat verraadt al wel eens iets over de ouderdom 🙂 ), die nota’s en foto’s nemen…, dan zou ik mij ook afvragen wat die aan het doen zijn. Al is er dan nog altijd wel een verschil tussen vriendelijk informeren of mensen hun neus afbijten natuurlijk. Ach ja, het kwam gelukkig niet zo ver als bij een van mijn collega’s waar een buurtbewoner ooit de politie belde, omdat hij het – ondanks uitleg – nog steeds niet vertrouwde.
Toch wel een duidelijk verschil met de openbare gebouwen waar ik in België aan werkte, waar ik hoop en al één vraag per dag kreeg (logisch natuurlijk, een mogelijk inbraak in een openbaar gebouw is een pak minder bedreigend dan in je eigen huis).
Het weekend bestond uit een afwisseling van praktisch en leuk: de voormiddagen brachten we thuis door om wat administratieve zaken te regelen; de namiddagen waren voorbehouden voor sportieve ontspanning. Op zaterdag beklommen we de bijna 2000m hoge Grosser Mythen. Een vrij stevige klim aangezien je op een dik uur wandelen 500 hoogtemeters overbrugt, maar wel eentje die je boven beloont met een prachtig uitzicht over de Alpen en de Vierwaldstättersee.
Zondag deden we een fietstochtje bij ons in de buurt; ik op Johans koersfiets (de mijne staat bij de fietsenmaker), hij op zijn mountainbike. Aangezien de temperaturen richting 35°C gingen, was het zeker bergop serieus afzien. We hielden gelukkig een tussenstop aan de Türlersee, koelden af met een duik in het water en lazen wat in het zonnetje aan de oever. Het tweede deel van de rit ging weliswaar rechtstreeks naar huis, maar aangezien we daarvoor nog de Albispass over moesten, waren mijn benen toch ongeveer leeg. Een leuke afsluiter van een leuke week!
oh zo’n duik na die hete rit, dat klinkt verfrissend!
Het deed echt deugd! Op de fietsfoto hier valt het nog wel mee, maar bij een volgende beklimming zag mijn gezicht echt zo rood als een tomaat; ik had echt dringend nood aan afkoeling 🙂
Die afsluiter van de week, dat zijn toch altijd beelden waar ik een diepe zucht bij laat. Ik moet echt eens een vakantie naar de bergen plannen.
Wij zijn hier ook wel achterdochtig wanneer er vreemden rond een huis hangen. Laten we maar stellen dat bij de verstedelijking die plaats vind in ons dorp er minder en minder nood is aan wijkagenten want de buren onderling worden alerter. We weten nu, in tegenstelling tot vroeger, bijvoorbeeld ook perfect wie wanneer op reis is en houden dan een extra oogje op het huis. Er is inderdaad wel een groot verschil tussen voorzichtig zijn en onbeleefd.
Groetjes
Ah, ik heb juist het omgekeerde gevoel bij de verstedelijking: dat we, doordat er meer mensen wonen, juist minder aandacht heben voor wie wanneer waar is.
Op zich is dat niet slecht natuurlijk: mensen moeten niet per se achterdochtig zijn, maar vb. een oogje in het zeil houden als iemand op reis is, is net wel goed (beter ook dan wijkagenten, vind ik, dat schept meteen zo’n “er moet hier opgepast worden”-sfeertje).
Hoewel ik zelf niet zo sportief ben, geniet ik steevast van jouw prestaties en foto’s! Vandaag trouwens ook eens een wandeltochtje gedaan en het deed deugd, moet ik vaker doen.
Leuk dat het zo’n deugd deed! Waar zijn jullie gaan wandelen?
Geen probleem, meer Rivella voor mij mwhuahaha 😉
Heerlijk zo sportief dat jullie samen zijn, bij mij is het enkel wandelen en eerlijk dat raak ik na een tijdje ook beu, blij dat de winterstop eraan komt.
Haha!
Ben ook blij dat we allebei graag sporten en graag dezelfde sporten doen. Nu, wandelingen in de herfst of winter zijn ook wel vaak de moeite he, geen reden voor een winterstop, toch? 😉