Gedicht: Er was eens het water
Er was eens het water
Waar was het?
Aan de rand van het water
Waar het aan land komt
Waar zeg je?
Waar het water aan land komt
Van wie?
Waar ons water ons land wordt, bedoel je
Waar ons water ons land is en ons zand ons zand is
Daar was het
Waar de wolken en de luchten van ons zijn, bedoel ik
Daar was het
Hoe het daar lag
Hoe het voorover lag, zo, met de handen naast het hoofd
Hoe we het wegnamen en het voorover bleef liggen
Zelfs toen we het wegnamen, bleef het, terwijl we het wegnamen, voorover op het zand liggen
Zelfs toen we niet meer keken
Vooral waar we niet meer keken bleef het op het zand liggen, voorover
Dat het op een dag wel uit zichzelf zou vertrekken, dachten we soms,
Maar dat het van ons werd toen we het wegnamen
Wisten we
Er was eens, probeerden we nog te denken, maar
Zo luid we konden, probeerden we er was eens, er was eens te blijven denken
(Peter Verhelst)
Omdat het niet stopt, omdat echt nooit lijkt te stoppen.
Er verandert inderdaad weinig, héél weinig tot niets.
Oh, slik. Ik zie zo weer het beeld van dat jongetje voor mij als ik dit lees. En als je het leest, denk je ook (of: denk ik toch): hoe kan een mens zich eigenlijk land, lucht, bomen, toe-eigenen – ergens lijkt dat zo absurd.
Wat mooi geschreven, maar hoe pijnlijk zijn de feiten.
(Tom Vanstiphout heeft trouwens ook een liedje geschreven toen)
Des te pijnlijker wetende dat dat beeld al vijf jaar geleden oud is. En er gewoon echt niets veranderd is sindsdien, hoe kan dat toch? Dat zoveel mensen zich – hoe absurd inderdaad – vanalles denken te mogen toeëigenen – land, lucht, rechten… -, maar daar dan totaal geen plichten naar anderen – mensen, natuur… – tegenover stellen.
Dat liedje van Tom Vanstiphout is mooi! Bedankt om het te vermelden, want ik kende het nog niet.