Reis om de wereld in 196 boeken, gelezen in 2022

Begin 2018 besloot ik een boekenreis rond de wereld te starten, eentje waarmee ik jaren papieren reisplezier voor de boeg heb. Nadat ik in 2018 14, in 2019 2, in 2020 6 en in 2021 8 nieuwe landen “bezocht”, is het tijd om eens te kijken uit welke landen ik het afgelopen jaar boeken las. Ter herinnering: een boek – fictie of non-fictie – telt mee voor een land, wanneer het boek zich in dat land afspeelt en de auteur een sterke verbinding met het land heeft (hij/zij is er opgegroeid, woont er al jaren, heeft er zijn/haar roots…).

Boekenreis om de wereld (Le petit requin)
  • Palestina: Susan Abulhawa, Mornings in Jenin
    Heel indrukwekkend, maar ook heel confronterend boek. Wat Abulhawa vertelt is – niet verwonderlijk – keihard en ook al is het verhaal over Amal en haar familie op zich fictie, de achtergrond is dat niet. Ik kende wel al iets af van de Israëlisch-Palestijnse oorlogen, maar moest meer dan eens naar adem happen tijdens het lezen: de horror van El Nakba (de eerste oorlog in 1948), van El Naksa, van de bloedbaden in Sabra en Shatila… heel veel bijgeleerd.

  • Brazilië: Martha Batalha, Het verborgen leven van Eurídice Gusmão
    Dit boek had gerust langer mogen zijn. Supervlot geschreven, soms grappig, soms bijtend pijnlijk, een paar stevige snuifjes García Márquez, meer moest dat niet zijn om door dit boek te vliegen. De auteur schrijft zelf in de inleiding dat het boek gebaseerd is op de levens van haar grootmoeders “en die van jou” en – hoewel uiteraard ook zeer verschillend – klopt dat in mijn geval wel. Ik had gehoopt op een ander einde, maar uiteindelijk is dat van Batalha het meest realistische en kan ik daar weinig op aanmerken. Op zich had dit boek zich ook wel in een ander land dan Brazilië kunnen afspelen, al zorgde de vermelding van de verschillende wijken er wel voor dat ik die ging opzoeken en zo toch meer te weten kwam.

  • Irak: Usama Al Shahmani, Im Fallen lernt die Feder fliegen
    Had ik niet geweten dat de auteur een man is, ik had gedacht dat ik de biografie van een vrouwelijke vluchteling aan het lezen was. Dit boek telt amper 150 pagina’s, maar er zit zo ongelooflijk veel in: observaties over het leven in Zwitserland, de moeilijkheden als vluchteling, de onmogelijkheid nog ergens volledig thuis te zijn, de “toekomst” die je als vrouw in Irak te wachten staat… Hoewel er (natuurlijk) vooral heel veel verschillen zijn in ervaring met wonen in Zwitserland, zaten er af en toe toch ook kleine herkenbaarheden in (“waarom is sorteren hier zo moeilijk? Karton is toch ook papier?”). Maar vooral is dit een boek dat heel veel inzicht biedt in vluchteling zijn, dat toont dat niemand “zomaar” vlucht. Benieuwd naar het eerste, wel biografische boek van Al Shahmani.

  • Zuid-Korea: Won-pyung Sohn, Almond
    Na twee derde van dit boek vond ik dit een echte topper, maar het laatste deel zakte het jammer genoeg nogal in elkaar. Sommige hoofdstukken hadden gerust nog wat uitgebreider gemogen, maar met de persoonlijkheidstrek van het hoofdpersonage en het YA-doelpubliek voor ogen, is het ook wel begrijpelijk dat daar niet voor gekozen werd. Het eerste deel, dat vooral focust op Yunjae en Gon en hun zeer verschillende, maar in beide gevallen tragische achtergronden, was heel sterk: je voelde het emotieloze bij de ene, de emotievloed bij de andere. Net omdat dat zo sterk was, voelde het laatste deel te geforceerd. Jammer!

  • Oekraïne: Lisa Weeda, Aleksandra
    Enerzijds is dit boek heel aangrijpend en leerrijk – de recente stukken vanuit Loegansk, maar ook heel de geschiedenis ervoor met o.a. de wereldoorlog -, anderzijds was het een boek waar ik echt moeite had om er mijn aandacht bij te houden. Ligt zeker ook aan het te versnipperd lezen, maar ik merk dat sommige andere boeken er dan desondanks in slagen mij er in 5 minuten in op te laten gaan en dat dus bij Aleksandra niet lukte. Het magisch realisme werd naar het einde toe wel overtuigender en overtuigender; in het begin voelde het iets te random en sporadisch, maar uiteindelijk was het wel duidelijk waarom de auteur die vorm gekozen heeft.
    Tegelijk merkte ik dat bepaalde beelden uit het boek wel bleven hangen: zo reed ik vb. met de fiets naar het werk en had een mooi zicht op een groeiend graanveld met de bergen erachter, waardoor ik aan het graan in het Paleis van de Verloren Don Kozak moest denken en aan de Oekraïnse vlag met het geel van het graan en de heldere blauwe hemel erboven en hoe ik mij dan zat af te vragen hoe het er daar de komende zomers zal uitzien, wanneer het graan eigenlijk geel en de lucht eigenlijk blauw zou moeten zijn. Of het dan allemaal grijs zal zijn… Ook het doek van Babi Mari blijft mij fascineren. Ik merk dat ik twijfel tussen mijn moeder vragen of ze ook zoiets zou kunnen maken van onze stamboom, omdat ik het idee wel heel mooi vind, vooral dan om door te geven aan de volgende generaties (dat in mijn familietak de eerste nieuwe generatie geboren is, draagt daar misschien wel aan bij 🙂 ). Tegelijk voelt het ook wel een beetje luguber aan, al die lijnen die hun loop nemen, maar allemaal onvermijdelijk ooit weer tot een einde komen.

  • India: Madhuri Vijay, The far field
    Mooi verhaal over een weliswaar niet zo heel erg sympathiek hoofdpersonage, een vrouw op zoek naar een man tegen de achtergrond van de politieke spanningen tussen noord en zuid in India. Het begin was zó sterk, het middendeel vond ik ook nog best wel goed eigenlijk, maar het einde deed het verhaal jammer genoeg echt in elkaar zakken. Wat ik wel een heel sterk punt vond, is hoeveel historische informatie (over de politieke spanningen, over de strijd om los te komen van India, over de verschillen tussen het noorden en het zuiden) er in zaten en dat bleek voldoende om toch echt wel meegetrokken te worden in het verhaal.

  • Algerije: Yasmina Khadra, Les anges meurent de nos blessures
    Hmm, moeilijk om dit boek te beoordelen. Want het is heel mooi geschreven, maar ook in heel moeilijk Frans (zoveel woorden moeten opzoeken!). Het is op zich een pakkend verhaal, maar toch pakte het mij niet helemaal (ca. 2 maand over een boek van 330 pagina’s, dat is héél lang voor mijn doen). Puur naar leeservaring ga ik dus eerder voor “gemiddeld”, inhoudelijk – het inzicht in de Algerijnse maatschappij, in de manier waarop de lokale bevolking ondergeschikt aan de Franse bevolking beschouwd wordt, in de weinige mogelijkheden die er maar zijn je uit je klasse los te scheuren – neig ik eerder naar “goed”.

  • Congo: Nadia Nsayi, Dochter van de dekolonisatie
    Ik blijf op mijn honger zitten. Er zitten heel veel interessante aspecten aan dit boek, maar ik vond het niet zo goed geschreven (ik heb mij regelmatig geëergerd aan het gebrek aan afwisseling in zinsopbouw bijvoorbeeld – vijf zinnen na elkaar “onderwerp-werkwoord-lijdend voorwerp”, dat werkt op mijn zenuwen – en ook de open vragen boden weinig tot geen meerwaarde. Het had wat mij betreft ook echt dieper mogen ingaan op de geschiedenis van Congo. Misschien verwachtte ik daar iets teveel en lees ik daarvoor beter het boek van Zana Etambala, waar Nsayi ook naar verwijst. Het laatste gedeelte, over dekolonisatie, is duidelijk het sterkste. Al bij al een goede “instap”, maar met een betere redacteur had er zoveel meer ingezeten.

  • Polen: Olga Tokarczuk, De Jacobsboeken
    Als ik dit boek puur bekijk vanuit “wat het mij geleerd heeft”, dan is dit absoluut een topper: de historische, religieuze, sociale achtergrond is goed uitgewerkt, er zit zo ongelooflijk veel in dit verhaal (etniciteiten en religieuze stromingen in Polen, geografische geschiedenis, historische personages, diversiteit aan stromingen binnen het Jodendom…). Al dat samen maakt dat dit een ongelooflijk rijk, monumentaal werk is. Maar net daardoor wordt het ook wel echt heel veel: het verhaal leest bij momenten zo moeizaam, bevat zoveel details dat ik er amper nog mijn hoofd bij kon houden. Het vleugje magisch realisme was een absoluut pluspunt en maakte ook de sprongen van het ene personage naar het andere makkelijker, omdat je dankzij Yenta een soort “alwetend” standpunt krijgt. Daarentegen schoot het hoofdpersonage, Jacob Frank, voor mij tekort. Ik ben er nog niet helemaal uit of dat vooral ligt aan het feit dat ik misschien echt niet vatbaar ben voor sekte-achtige types en hem dus vooral een onuitstaanbaar, vies ventje vond of aan het feit dat Tokarczuk het personage overtuigender had moeten neerzetten.

  • Slowakije: Rudolf Vrba, Ik ontsnapte uit Auschwitz
    Behalve A clockwork orange heb ik nog nooit een boek gelezen dat mij fysiek onwel deed worden (en dit was ongeveer 10x erger, niet in het minst omdat het geen fantasie is). Waar ik anders al eens een paar pagina’s van een boek tijdens mijn middagpauze lees, was het nu kiezen tussen eten of lezen. Moest ik dit als fictie voorgeschoteld krijgen, ik zou vermoedelijk een recensie schrijven van het genre “het verhaal voelt nogal overdreven aan, het is alsof de auteur niet kon kiezen welke gruwelijkheden hij wilde gebruiken en ze dan maar allemaal in zijn verhaal stak”… Het is gewoon niet te geloven hoe barbaars, hoe onmenselijk mensen kunnen zijn. Bijna zestig jaar na de feiten zou een mens willen hopen dat zoiets ondertussen niet meer mogelijk is, maar de actualiteit bewijst het tegendeel – ook al is die omvang op die korte tijd gelukkig niet 1-op-1 van toepassing.
    Voor wie interesse in het thema heeft, is dit een must read, maar lees het op een moment dat je overschot hebt…

Vorig jaar stond de teller op 30 landen, dus met deze 10 nieuwe staat de stand op 40 landen. Nog steeds even te gaan vooraleer ik boeken uit 196 verschillende landen gelezen heb dus, maar de kaart begint toch al wat opgevuld te geraken (al ligt dat natuurlijk vooral aan een aantal grote landen). Oceanië is het enige continent waaruit ik nog geen enkel boek las, dus daar zou ik dit jaar zeker eentje uit willen lezen. En dan natuurlijk de grote gaten in het Afrikaanse continent en Azië opvullen, want daar heb ik duidelijk een achterstand.

Als ik kijk naar welke boeken mij het meest over het land in kwestie geleerd heb, dan zijn dat De Jacobsboeken, Mornings in Jenin en Aleksandra. Het minst bijleren over het land zelf deed ik met Ik ontsnapte uit Auschwitz (het speelt zich natuurlijk ook maar amper in Slowakije af, maar vooral in Polen) en Almond.

Vorig jaar las ik, deze tien landen inbegrepen, boeken uit 17 verschillende landen van herkomst. Die tellen niet allemaal mee, ofwel omdat ik al een boek uit dat land las, ofwel omdat de auteur misschien wel afkomstig was uit een bepaald land, maar het boek er zich niet afspeelde, maar ik blijf dus wel vrij gevarieerd lezen. Benieuwd welke pareltjes ik het komende jaar ga ontdekken!

2 reacties

  1. 10 nieuwe landen, goed gedaan Haaike! 👏🏻

    Bij mij zijn er het afgelopen jaar nog amper nieuwe landen bijgekomen.
    Enerzijds omdat ik er minder actief naar op zoek ga, anderzijds omdat er steeds minder ‘nieuwe’ landen zijn waaruit ik nog een boek ‘moet’ lezen (allez, niet ‘moeten’ want heb mijn doel natuurlijk al gehaald. Momenteel staat mijn teller op 110 landen, dus t.o.v mijn oorspronkelijke challengedoel zijn er de afgelopen 4 jaren ‘maar’ 10 nieuwe landen bij gekomen).
    De gewoonte om gevarieerd te lezen is wel gebleven (als ik vergelijk met mijn leesgewoontes van 10 jaar geleden is er een enorm verschil), dus de positieve effecten zijn gelukkig wel blijvend 😊

    Heel herkenbaar wat je schrijft: ‘vijf zinnen na elkaar “onderwerp-werkwoord-lijdend voorwerp”, dat werkt op mijn zenuwen’. Idem hier 😉
    liefs!

  2. Leuk idee, zou ik ook wel eens willen doen, maar dan ga ik wel eens door mijn goodreads bladeren om te starten. Voor Zuid-Afrika kan ik overigens “Born a crime” van Trevor Noah van harte aanraden. De komiek is een verboden kind van een Xhosa vrouw en een Zwitserse man. Soms humoristisch maar vaak schrijnend.